Friday 29 April 2011

Voorjaar, de straten van Gryteselv, gevonden rendierkalf en berkenoogst.
























De winter is vroeg begonnen en duurde lang dit jaar. Na januari is er een ongebruikelijke hoeveelheid sneeuw gevallen. Soms moeten we 3x per dag het pad vrijmaken van sneeuw met de sneeuwfrees, willen we er nog in of uit kunnen rijden.

















Maar zo tegen Pasen stijgt de temperatuur naar voorjaarshoogte. Jammer genoeg zo hoog dat we dit keer op 1e Paasdag geen wandeling kunnen maken over de 2m hoge sneeuwlaag die het landschap bedekt.
Met langlaufski's gaat het prima, maar al lopend zak je door de sneeuwlaag.
Traditiegetrouw heeft Bjørn Arne weer een langlaufpuzzeltocht georganiseerd op Langfredag (Goede vrijdag, een vrije dag hier)en komt het gezelschap het Paasbuffet met biologisch Vestlandsk Fjordfe vlees proeven in de Spisestua.
Na Pasen gaat het snel met de dooi. Het is heerlijk zonnig weer overdag en we zien de sneeuw zienderogen smelten.
Daaronder komt een hele nieuwe wereld tevoorschijn. Het is duidelijk zichtbaar dat muizen, lemmingen, hazen en andere kleine knaagdieren daar een stad onder de sneeuw hebben gemaakt. Het is een groot gangenstelsel met holletjes en veel geschilde takken.






De aardbeienplanten zijn helaas helemaal opgegeten.
Sleutelbloemen en klein Hoefblad lijken een wedstrijd te houden wie het snelst uit de grond kan komen.
De paarden die even een wandeling mogen maken over het boerderijpad ontdekken al een paar groene sprietjes en gaan meteen ijverig op zoek.
Op de helling,in de sneeuw, landen al 2 vroege pauzerende kraanvogels.
http://www.youtube.com/watch?v=8bGSI3nN8k4
We zijn ook nog even getuige van de confrontatie van 2 auerhoenderen in de aanwezigheid van een vrouwtje. Jammer genoeg te ver weg om te fotograferen, alleen met de verrekijker kunnen we de vorderingen volgen.
De kramsvogels zijn er weer en houden ieder een stukje grond waar geen sneeuw meer ligt bezet. Dat tot grote ergernis van Myra.
Het kost ons moeite haar bij de vogels weg te houden.

















Nu de dagen lengen komt er langzamerhand wat meer zichtbare aktiviteit van de bosbewoners. Zo horen we op een avond gestommel bij het raam buiten en zien een jonge vos op het vogelplankje zich te goed doen aan de resten van een gefileerde vis.
Hij eet wat hij kan en neemt op de weg terug wat resten vis mee in de bek.
We zien hem door het veld teruglopen naar het bos. Voor wie is die vis?



Ongeveer 10 min later staat er een opgewonden wat oudere mannetjesvos zijn kansen te berekenen om wat te pakken. Hij is echter veel schuwer en houdt het bij een stuk en rent daarmee weg.



Ook Gaupe, onze Noorse boskat, heeft het voorjaar in zijn hoofd.
Joke's moeder, goed voor soms wel 3 nesten per jaar, komt van de buren vandaan op bezoek, in de hoop dat er hier nog katers zijn..
Sofuus, de bejaarde buurkat en Gaupe hebben helaas hun gereedschap moeten inleveren bij de dierenarts maar in ieder geval Gaupe lijkt zich iets te herinneren. Hij wil alleen maar naar buiten en miauwt indrukwekkend als zijn vriendin even weg lijkt te zijn.
Samen lopen ze van schuur naar schuur, met soms in hun kielzog Sofuus.
Dat is dan weer lastig voor Gaupe want die is doodsbang voor Sofuus. Wij hebben hem al vele malen uit de 6m hoge spar moeten lokken waaronder Sofuus de wacht hield na Gaupe erin gejaagd te hebben.
Kortom een poezensoap hier...



De Straten van Gryteselv.
Een van de wonderlijkste dingen hier voor ons is het feit dat driekwart van de bewoners van Hattfjelldal hetzelfde adres heeft nl: 8690 Hattfjelldal.
Er zijn weliswaar een paar straten in het centrum van Hattfjelldal met straatnamen maar het overgrote deel doet het met "8690 Hattfjelldal".
Knappe postbode want die weet dus waar de post moet zijn.
Gryteselv is een gebied voor het centrum van Hattfjelldal. De rijksweg 73 loopt er doorheen en verder zijn er paden vanaf die weg die naar de boerderijen leiden.
Het verdere gebied bestaat uit bossen, meren, myr- soort wetlands, rots en riviertjes: de Villmark - de Noorse jungle.
Dat is een enorm groot gebied. Vroeger werden de schapen, geiten of koeien in de zomermaanden in dat gebied losgelaten onder het toezicht van een herder, vaak een jonger kind. Om aan te kunnen geven waar men heen ging of was, werden er namen aan de diverse gebieden gegeven.De namen hadden hun oorsprong in de kenmerken van het landschap (Gryteselvåsen= bergrug van Gryteselv),een traditionele gebeurtenis (Bestemors eng= oma's wei)) of een verhaal(Vakkertausmyra= moeras van de mooie meid).
Het binnengebied van iedere boerderij heeft ook namen. Ieder stuk grasland heeft een naam. Zo heet het bij ons o.a. Hestehaugen(paardenheuvel), Per Nilsons Teigen(stukje grond van Per Nilson), Tjærefathaugen (heuvel waar teer gebrand wordt).


Op de oude boerderijkaart staan vooral namen die iets zeggen over het landschap:
Bjørkholåsen (verdiept gelegen bergrug met berkenbomen), Småvollan(kleine weide) maar de namen met hun oorsprong in verhalen of gebeurtenissen moeten we te horen zien te krijgen van de oudere bewoners van Hattfjelldal.
Daar gaan we mee aan de slag ,wordt vervolgd.

Gevonden rendierkalf.
Op een avond komt voormalig buurman Torbjørn met zijn Zweedse vriend op bezoek. Hij vertelt dat er een een-dag-oud rendierkalf gevonden is in het Borgefjell, achtergelaten door zijn moeder. Waarschijnlijk is ze door iets opgeschrikt.
Meestal valt zo'n kalf al snel ten prooi aan een veelvraat of een lynx.
Het kalf wordt door ze meegenomen en woont bij de familie van wie de kudde is.
Jan gaat mee op bezoek want zo vaak kun je een rendierkalf niet van dichtbij bekijken.
Het is natuurlijk een schoonheid.



Ze zit op schoot, krijgt met de fles biest gevoerd en gaat slapen op een matje voor de kast.
Dat wordt natuurlijk problematisch als het kalf groter wordt maar wie laat nu een kalf van een dag achter in het Borgefjell?




Restauratieprojekt.
Are Halse, medewerker van het Helgeland Museum te Grane,vindt bij het wegbrengen van grof vuil naar de vuilnisopslagplaats, de resten van een oude tafel.
Omdat deze bij het wegbrengen naar de vuilnis niet goed in de kofferbak past heeft de voormalige eigenaar er de bijl in gezet.En dat na jaren in de schuur en buiten te hebben gestaan..
De tafel blijkt gemaakt door een van de voormalige meubelmakers in dit gebied.
Zijn kleinzoon verzamelt de meubels.
Jan wordt gevraagd om de tafel te restaureren.


Na alle restauratieprojekten in het verleden: Rover 2000 TS, 2CV, brandweerauto, veetrailer, paardentrailer, antieke kast, monumentale voordeur,plafonds, lambrizering, paneeldeuren en vensterzitbanken van de monumentale boerderij te Finsterwolde, is dat een kat in het bakkie.





Hij heeft er plezier in uit te vinden hoe de meubelmaker oplossingen heeft gevonden om de tafelpoten samen te stellen en te draaien en hoe het patine zo dicht mogelijk kan worden benaderd om de nieuwe ingezette stukken een eenheid met de tafel te laten vormen. En dan staat er na een flink aantal uren werk en puzzelen weer een echte tafel in de werkplaats in plaats van een onooglijk hoopje brandhout.

Verzamelen oftewel oogsten zonder zaaien.
Het oogsten van berkenknoppen en berkenblad is al begonnen.
Van de knoppen wordt een heerlijke limonade gemaakt.
Hoewel deze zomer een workshop wordt gegeven over het bereiden van allerlei lekkers uit wilde planten door kok Rina geven we het recept weg ditmaal:

De siroop wordt gemaakt via de warme methode en mag vooral niet gekookt worden omdat dan de nuances van de smaak verdwijnen.
Je hebt nodig:
200gr verse net ontsproten berkenbladeren.( zie foto)
1 kg rietsuiker
25gr citroenzuur of halve biologische citroen in schijven, pitjes eruit halen.
1 liter kokend water
Meng berkenblad, suiker en zuur in een rvs of plastic schaal of pan en giet het kokende water er over. Roer totdat de suker is opgelost. Laat 3 a 4 dagen trekken op een koele plaats. Roer zo nu en dan door. Zeef daarna het sap en giet het in flesjes.
Dit is een siroopachtige vloeistof die je voor meerdere recepten kunt gebruiken.
Berkenlimonade: meng de siroop met water,of een koolzuurhoudend mineraalwater (dan krijg je "muizenorenchampagne"in het Noors) in een verhouding van 1:6 (of meer naar smaak)en je krijgt een heerlijke verfrissend drankje.
De siroop is ook geschikt als basis voor berkenbladijs, berkenbladsorbet, berkenbladgelei.
Let wel met "jong " berkenblad wordt de fase bedoeld waarin de bladeren nog maar net uit de knop zijn: de muizenoren dus.







En.. de siroop is zonder toevoegingen dus maximaal 2 weken in de koelkast houdbaar maar ik vries die meestal in tot gebruik.
Een aanrader!

De allerhoogste verwachtingen dit jaar hebben we van de berkenwijn. Er is een flink aantal liters berkensap afgetapt van de bomen op Grindmoen.
Volgens Gryteselv recept en met biologische champagnegist en een klein beetje moerasspirea wordt dat weer een heerlijk fris zomerdagwijntje!

No comments:

Post a Comment