Sunday 16 October 2011

Wel en wee in zomer 2011

De hooioogst.

Het belangrijkste van de hele zomer is altijd weer de oogst van wintervoer voor de koeien en paarden.
Ook dit jaar is het weer gelukt dankzij de inzet van Robert, Ilse, Ralf (maar daarover straks meer)en Jan natuurlijk, als vanouds ondersteund door de catering van Rina.
We gingen natuurlijk weer voor hooien. Niet alleen is het voor Jan gemakkelijker voeren in de winter - geen hardbevroren rondbalen in de orkel en veel nattigheid in de stal - maar de koeien en paarden geven ook de voorkeur aan hooi.
Het viel dit jaar niet mee om het hooi droog en op tijd binnen te krijgen. Bijna had Jan de hoop opgegeven maar uiteindelijk is het toch gelukt.
De geleende pakjesmachine van Torbjørn Prytz liep als een tierelier en was een genot om naar te kijken.

http://youtu.be/VSOVSJV7v-c

De draagconstructie op de tractor voor het vervoer van de pakjes hooi naar de silo werkte weer uitstekend. Het team Robert-Ralf-Ilse trouwens ook.


Altijd weer een mijlpaal in de zomer als het voer goed en wel droog binnen ligt: een beetje een vakantiegevoel. En eindelijk wat meer tijd voor het versgebakken kleinkind Liv Linde die voor de eerste keer bij opa en oma op bezoek was.









En gezellig was het ook deze zomer.
Onze Brabantse vrienden Alex, Carlotta en Tobias waren er na 4 jaar weer en konden zien wat er sinds hun laatste bezoek weer gerealiseerd was. Gezellig bijgepraat, de eerste cantharellen werden door hen geplukt, Carlotta heeft Koetje gemolken en we zijn jammer genoeg vergeten naar de Hattfjelldals Fossen te gaan voor een avondpicknick. De volgende keer dus?

Oorlog met de eksters
Het hele jaar door woont er een kleine kolonie eksters op Gryteselv. Ze zijn hondsbrutaal en uitgesproken pesterig. De eksters strijken vlak achter de katten neer die niet zo goed weten wat ze ermee moeten. Myra kan wel exploderen als ze de eksters ziet en wil ze meteen wegjagen. Dat lukt alleen voor een paar meter.
Deze zomer maakten de eksters het wel erg bont.
De eierproduktie leek erg achteruit te lopen, regelmatig vonden we half leeggegeten eieren in de legkast en het voer viel niet aan te slepen. De eksters dus. Iedere morgen als het kippenhok opengezet werd, zat er een rijtje eksters op de telefoondraad te wachten. Eentje op de uitkijk en de rest beurtelings het hok in voor voer en een tripje naar de legkast voor eieren. Het toppunt was wel dat ze zelfs in slaagden de 4 kalkeieren te laten verdwijnen!
Jan vond een andere route om de kippen uit het hok te laten met meer risico voor de eksters en dat hielp een beetje. Voor de rest deed Myra het werk.

De eerste Noorse theeplantage.


Deze zomer is meer geproduceerd dan vorig jaar voor "de eerste Noorse theeplantage". Jan heeft 4 mooie droogkasten gemaakt waarin o.a. de thee- ingredienten buiten kunnen voordrogen. Voor veel gasten waren het geheimzinnige objekten die daar stonden op het terras van het gårdskafe. Ze werden soms aangezien voor "utedo" (buiten wc)of bijenkasten.
De emballage is ook onder handen genomen.

Er zijn nu 3 theesoorten in het assortiment: arktisk te, skogste en koporjete.
Volgend jaar wordt de productie opgevoerd en het aantal afzetkanalen vergroot.

Superwwoofer Ralf
En toen was er Ralf uit Groningen.
In de tijd tussen zijn promotie en postdoc aanstelling was hij in Noorwegen om ons te helpen als een soort Wwoofer. Hij viste, maakte vis schoon, ruimde, repareerde omheiningen, maakte kachelhout, reed trekker, schudde hooi, molk Koetje, zette de paarden in de wei en haalde ze weer binnen, plukte kantarellen bij de vleet, hielp in de bediening en was het dagelijkse voetbalmaatje van Myra. Voor dag en dauw als wij nog in bed lagen was Ralf-de vroege-vogel al op. Binnen de kortste keren deed hij alle voorkomende aktiviteiten alsof het altijd al zo was geweest. We begonnen er zelfs aan te denken dat we wel een paar dagen weg konden terwijl Ralf op de boerderij paste.Dat is ons, op Ilse en Robert na,nog geen enkele keer overkomen. Eigenlijk wilden we stiekem Ralf hier houden maar Zambia, de shoebill (schoenbek-ooievaar) en een bijbehorende post-doc aanstelling lieten hun lokroep horen.
Ralf, ongelooflijk bedankt, je was een super helper en goed gezelschap, ook al worden we het nooit eens over de "missie" van Andre Rieu...



















De Noren hier zullen hem herinneren als "Baker Ralf" van de "sirupsvafler" oftewel de stroopwafels.Tijdens de Fiplingdal markt en de Tiendebytte in Mosjøen bakt Ralf live stroopwafels en voor 12 uur is hij steevast door de voorraad heen.
Ze vragen er nog naar.
























Berkenwijn
Eindelijk is de berkenwijn geheveld en een paar weken daarna gebottled. Het blijft een pittig wijntje met een zachte bloesemsmaak: de moerasspirea.
Gekoeld smaakt hij het best: het is een naar zoet neigende droge witte met een mooie amberkleur en een klein bittertje geworden. Stevig, niet slecht maar kan beter...

Godveko
Ook deze zomer deden we weer mee met de Godveko. Dit is een in Hattfjelldal georganiseerde week met verschillende aktiviteiten in een mengeling van cultuur en beweging. Dit jaar hebben we een historische wandeling gepland. Øystein Finseth, geboren en getogen in Oppgarden, de buurboerderij, kent de streek en de geschiedenis op zijn duimpje. Hij heeft tijdens een wandeling over Gryteselv een en ander verteld over hoe het er vroeger uitzag, wie er woonde en hoe de plekken heetten.
Daarna waren er langs een wandeltocht een aantal posten geplaatst met kennisvragen en vaardigheidstests.



Met het organiserende comite Robert, Ilse (op de foto met 2 maanden oude Liv in de draagzak onder het vest), Ralf, Jan en Rina zijn er een aantal vragen en spellletjes bedacht waarmee prijzen te winnen waren.
Het absolute hoogtepunt van hilariteit was het "spijkerpoepen".
Robert demonstreerde hoe je een spijker, die aan een touwtje aan je middel, hangt zo vaak en snel mogelijk in de hals van een achter je staande fles doet.
"Charmante" poses en veel gelach.


De kennisvragen bestonden uit het correct benoemen van 4 gebruiksvoorwerpen.

Hilde Dalen heeft op verzoek een "huldra"verhaal voorgelezen. Je kunt een huldra vergelijken met onze witte wieven. Daarna was er een Gryteselv lunch.
Gezellig en geslaagd wat ons betreft.



















Nieuwe gårdskafeborden
Deze zomer hebben we wat intensiever gedraaid met het gårdskafe. Jan heeft daarvoor bijzondere borden gemaakt met gårdskafe erop. Elke, de koe, heeft model gestaan en in de zomer kon je regelmatig een kleine kudde koeien zien grazen in de buurt van een houten koe.
Veera, onze allereerste wwoofer en inmiddels lieve vriendin, was even op bezoek deze zomer en heeft het bord even uitgetest wat dit plaatje opleverde.

















Wonderbaarlijke Tautra
Later in het seizoen meldt buurman Rune dat hij een zwart witte kat gezien heeft een 6 km verderop die in de stal woont daar. Hij herinnerde zich dat wij een kat kwijt waren. Tautra is een bikkel dus het zou kunnen.. Een bezoekje aan buurman Helge levert verschillende informatie op. Ja hij was eral sinds vorig jaar, is erg schuw, grote kat, zwart -wit, was niet zeker, woont zomers in het bos en is in de winter in de stal gekomen. Helge's moeder voert hem zo nu en dan als hij zich laat zien.
Rondlopend en roepend slaat de twijfel toe en geen kat te zien. Tot we op een zondag, terugkomend van een boswandeling besluiten toch nog even te gaan kijken. We parkeren de auto, Mya blijft erin en we fluiten het bekende "poezen-binnenkomen" fluitje. Meteen komt er een zwart-wit kopje onder de staldeur vandaan en jawel het is Tautra, goed in de vacht, ogenschijnlijk op gewicht maar erg schuw.
Maar hij lijkt zich het fluitje te herinneren en communiceert luidruchtig maar blijft buiten handbereik. Iedere onverwachte beweging maakt dat hij vluchtneigingen heeft.
Een half uur lang zitten Jan en ik rustig op de grond en roepen, mogen uiteindelijk aaien en krijgen kopjes. We mogen hem zelfs oppakken en neerzetten. Dan is de tijd rijp om hem weer mee terug te nemen naar huis naar Gaupe.
Dat gaat gelukkig meteen goed met die twee en Tautra lijkt erg tevreden weer terug te zijn. Hij gaat inmiddels naar buiten en meldt zich als eerste weer bij de deur.
We zijn ongelooflijk blij dat hij er weer is.



Het is en blijft een superieure kat en inmiddels een tientonner! Geen kat illustreert beter dat hij geen baas heeft maar personeel..




En dan was er Dulce.
Op een ochtend in de nazomer vindt Jan tot zijn ontzetting Dulce dood in de wei,het kalf dat nog bij haar drinkt en de rest van de koeien er in alle rust grazend bij in de buurt.
Jan dekt haar toe in de wei in afwachting van de dierenarts en de kudde ligt er de rest van de dag in een kring om heen. Rouwen koeien eigenlijk zoals b.v. olifanten?
De dierenarts die op de hoogte gesteld wordt, neemt een monster van de hersenstam. Dat is vaste routine hier bij een plotselinge dood. Hij denkt dat het een koliek was.
Het rijke gras na een periode in het bos heeft het waarschijnljk veroorzaakt.
De maagsappen schijnen dan zo rijkelijk te gaan schuimen dat de koe ahw stikt.
Jammer genoeg is er in dit klimaat geen keus om de overgang wat gelijkmatiger te maken en in de regel gaat het gewoon goed.
Dulce was de leidsterkoe van de kudde. De kudde is ontregeld en wijkt niet van de plaats waar Dulce ligt.
Prachtige, wijze en adelijke Dulce..



Wij lopen dagen rond met een steen in onze maag.

Het kalf begrijpt er niets van en zoekt zijn moeder. Jan vindt hem regelmatig terug in de bosjes naast de wei, alsof hij zich verstopt in afwachtig van zijn moeder. Ook dit kalf is in het bos geboren en heeft er 2 dagen in doorgebracht voordat Dulce met haar kalf terugkwam bij de kudde. Een poging om het kalf bij Koetje te laten drinken loopt uit in regelrechte paniek. Hij is nog nooit in de stal geweest waar Koetje geduldig staat te wachten. Zelfs de hele kudde binnen helpt niet : hij blijft buiten en vlucht Hestehaugen op.
Jan houdt het de komende dagen in de gaten. Het kalf eet al wel gras en blijft in de buurt van zijn grote zus Anna. We kunnen niet zien of hij ook bij haar mag drinken of bij Dolores. Maar hij blijft aktief, in goede conditie en heeft het inmiddels geklaard met de andere kalven en Jan heeft inmiddels een goede band met hem opgebouwd.Wel merken we een achterstand in zijn groei.


De nieuwe zolder.
Met de hulp van timmerlieden Robert en Ralf heeft Jan in de silo een nieuwe etage gemaakt waar de houtvoorraad kan staan en drogen.



Zo maar 60m2 erbij. Geen probleem om hem meteen weer te vullen met het door Eivind gezaagde hout uit Jan' bos. Onderin de silo is de opslag van hooi. Met een nieuwe trap ernaar toe heeft Jan het in hartje winter wat gemakkelijker met het voeren van koeien en paarden.

























Dalbu.


Iedere keer als we erlangs rijden moeten we ernaar kijken: dat huis daar op de helling met een wei erom heen.
Het huis staat al jaren leeg en iedere jaar zien we met lede ogen hoe het lijdt onder de zware sneeuwlast en de winter.
Na enige informatie te hebben ingewonnen heeft Jan de huidige eigenaar achterhaald. Die heeft al een poging gedaan een gedeelte op te ruimen. En als Jan het gebouw weg wil halen dan mag dat, graag zelfs.
Het blijkt een "kamlaftet" huis te zijn dwz een uit balken opgebouwd huis met buitenbekleding. Het komt regelmatig voor dat dit type huizen, die "gelaft" zijn worden afgebroken en elders weer worden opgebouwd.
Degene die het huis gebouwd heeft in ca 1920 heeft als botenbouwer , alles zelf gemaakt van hout.Jan inventariseert, maakt een plattegrond en sloopt met de hulp van Ralf alvast kozijnen, deuren.
Het plan is het huis af te breken (het is een soort bouwdoos) en dat op Gryteselv weer op te zetten. Een ambitieus plan wat veel voorbereiding vraagt en enorm veel werk is. Stap 1 is daarin gezet nu.

En dan nu het recept.
Wie wat bewaart die heeft wat.
Dit jaar een ongelooflijk goed cantharellenjaar. Dit in tegenstelling tot de bosbessen en tyttebær.
Nu is cantharellen plukken een heerlijke bezigheid. Is bessen plukken gewoon hard werken, cantharellen plukken is schatzoeken. Het vraagt een "state of mind" die erg goed is voor je welzijn. Zoek je driftig vind je niks, krijg je oog voor je omgeving, geniet je ervan en zie je wel of er cantharellen komen, blijk je midden in een veldje cantharellen te staan. In het begin van het cantharellenseizoen droom ik dat ik in het bos loop en er lampjes aangaan in de cantharellen. En zo voelt het ook.

Veel geoogst dus. Een gedeelte is ingevroren voor soepen en sauzen maar het grootste deel is gedroogd.
Je kunt de gedroogde cantharellen weken en dan gebruiken maar ook erg lekker is deze in een vijzel fijn te stampen tot een soort poeder.
Gebruik 15 a 20 gr gedroogde cantharellen voor plm 300 gr. entrecote, biefstuk oid.
Meng het fijngemalen poeder met wat tijm, zout en peper en wrijf het vlees daarmee in. Wikkel het vlees in folie en laat het een nachtje in de ijskast liggen om de smaken goed in te laten trekken.
Haal voor het grillen of braden het overtollige poeder weg en grill/braad het vlees.
Je krijgt zo een heerlijk krokant cantharelkorstje.
In cantharellen zit een natuurlijke smaakversterker ingebouwd - umami, de 5e smaak.

No comments:

Post a Comment